Piet schreef op maandag 6 augustus 2007, 7:33:
> Huertecilla schreef op zondag 5 augustus 2007, 16:53:
>> Beíde paarden hebben geen hoefproblemen doch de onbeslagen
>> uitvoering loopt merkbaar minder goed over oneffen harde
>> ondergrond en ze hebben hier soms moeite mee omdat het verschil
>> zo groot is.
>> Let wel, dit is bij volgens het PN-NB modél gehouden, gezonde
>> paarden.
En het onbeslagen paard zal beter lopen over een natte straat stenen, beter over sneeuw en beter overal waar een gevoelige tred handig is.
Ik merk het aan mijn eigen voeten, ik geloof niet dat ik ze zo getraint krijg dat ik vergelijkbaar over scherpe rotsteentjes kan lopen als met schoenen. Hoeft ook niet, behalve als er dagelijks lange stukken te lopen zijn over diezelfde steentjes.
Mensen kunnen zelden goed verzameld lopen met schoenen aan, kinderen lukt dat nog wel tot een jaar of tien, daarna gaan 7 van de 10 mensen bonk boink stampen met landing op de hiel. Inplaats van de lichte tred waarbij de bal-hiel-bal beweging van de voet met de daarbij behorende buiging van de benen, de schok op vangt en de zwaartekracht van licht vooroverhellen de motor van het voorwaarts gaan is. Vooruitgaan vergt zo geen spierkracht enkel de schokopvang met het buigen van voet en been vergt spierkracht.
Hoe anders bij bonk boink op de hiel waarbij de constructie van de schoenhak en een bijna ongebogen sketet de klap op vangt. De overeenkomst met paarden is dat de schokopvang bij beide blootvoets beter is. Zo is de hoef opgebouwd. Of zou het zo zijn, dat ijzers juist paarden stimuleerd, bij afwezigheid van hoefmechanisme, om de schokken op te vangen met verzameld lopen?
> Als een op eigen voeten lopend paard ergens minder goed
> overheen gaat is de voet niet getraind voor zo'n
> ondergrond en wordt het paard dus overbelast.
> Logisch dat een ijzerpaard dan minder last heeft. Dat
> voelt nu eenmaal niks onder zijn voeten.
> Ijzers zijn gemaakt om een paard te kunnen overbelasten,
> ongeacht de gevolgen.
Tja als je ondergrond zo beroerd is, neem dan hoefschoenen.
Groet, Michiel