> Vanzelfsprekend zit de ruiter in het diepste punt van het zadel, denk dat
we het daar allemaal over eens zijn. Als het goed is, is dat diepste punt
ook in het gebalanceerde midden van het zadel.
>
> We zijn het er denk ik ook allemaal over eens dat een zadel
> -- het gewicht van de ruiter zoveel mogelijk moet verdelen, en
> -- de schouder vrij moet laten, voor optimale beweging.
>
> Maar waarom moet het zadel meer naar achteren liggen, een goed gesneden,
goed passend zadel doet dat toch allemaal, ook al is het een Engels zadel?
>
> Meer naar achteren, omdat de achterhand moet dragen.
>
> Maar om de achterhand te laten buigen en goed onder te laten stappen, moet
de rug opbollen (basculeren).
> Is het wel goed om op het opgebolde gedeelte van de rug te gaan zitten?
>
> De rug is een zwakke schakel in het geheel, een brug. Waar is de brug
sterker, vlakbij de pijler, of in het midden?
>
> En hoe langer de rug, hoe kwetsbaarder, denk ik. Dus kunnen de meer
compacte rassen als IJslander en de lippizaner het aan om dat zadel meer
naar achteren te hebben liggen, maar wordt het een ander verhaal voor de
meer rechthoekige?
>
> De vraagtekens dansen nog steeds om mijn hoofd.
> Groet,
> Isabel
Hoi,
Het paard heeft 18 borstwervels. De beweeglijkheid van de wervelkolom zit
tussen de 8e en 14e wervel. Het dieptepunt van het zadel moet op de 14e
wervel liggen. De achterste drukpunten van het zadel (dus waar de kussens
van het zadel de meeste drukking op de paarderug hebben) mogen tot op de 18e
wervel liggen (en beslist niet achter de 18e wervel!). Tot slot moet het
zadel twee vingers achter het schouderblad liggen, zodat het schouderblad en
de schouderspieren bewegingsvrijheid hebben.
En zo ligt dus een goed passend zadel,
ook een Engels zadel hoort zo te
liggen en
ook een zadel voor bijv. een IJslander. Geldt dus voor alle
paarden en alle rijstijlen.
Wanneer je zou moeten gaan schuiven met het zadel, dan is het dus niet de
juiste maat voor het paard. Hij moet gewoon perfect liggen; in de lengte in
ieder geval zoals ik juist heb omschreven.
De rug moet inderdaad gaan "opbollen" om de ruiter daadwerkelijk te
dragen. Dat gedeelte van de rug dat omhoog moet en wat ie moet dragen,
daar moet de ruiter dus ook zitten (middelpunt dus op de 14e wervel). Zit je
voor of achter dat punt, dan zit je je paard als het ware in de weg en
belemmer je hem in die bolling c.q. ontspanning.
Probeer het zelf maar eens wanneer jij op handen en knieen staat en er
iemand op je rug zit; wanneer jij je rug wilt bollen en die persoon zit te
ver naar voren (bij je schouders) of te ver naar achteren (bij je heupen),
dan lukt het je vast niet om je rug te bollen. Wanneer die persoon "goed"
zit, dus op dat "opbol"-gedeelte, dan til je die persoon dus mee omhoog. Zo
gaat het bij een paard ook.
Waar de rug het sterkst is, durf ik niet te zeggen. Wel is het zo dat voor
en achter dat gedeelte tussen de 8e en 14e wervel de meeste spiermassa's
liggen. De sterkte van de rug is volgens mij ook afhankelijk van hoe je een
paard rijdt en/dus hoe de spieren ontwikkeld zijn en/dus hoe een paard
zichzelf (en de ruiter) kan dragen. Belangrijk zijn sowieso de
bovenbeenspieren en de buikspieren. De buikspieren zorgen er namelijk voor
dat het paard z'n rug rond kan maken (verzameling) terwijl hij z'n
rugspieren kan blijven ontspannen. Volgens mij (maar dat is slechts mijn
gedachte tot zover) is het de algehele bespiering van een paard dat 'm sterk
of slap maakt. Wellicht dat anderen hier meer over weten?
En, Isabel, dansen de vraagtekens nog?

groetjes, Peet